Verwarm de oven voor op 160 °C. Spreid de walnoten uit op een met ovenpapier belegde bakplaat. Rooster de walnoten ca. 15 minuten in de oven. Laat afkoelen en hak in grove stukken.

Breng alvast een grote pan water met ruim zout aan de kook voor de pasta. Rasp (met een microplane-rasp) de gele schil van de citroenen, zonder dat je het witte deel mee-raspt. Dan citroenen uitpersen. Salie fijnhakken.

Smelt de boter zachtjes in een steelpan. Verhit de boter zachtjes ca. 1 minuut en voeg dan de salie toe. Roer totdat de boter bruin begint te worden, ca. 2 tot 3 minuten. Voeg dan de citroenrasp, slagroom, 1 theelepel zout en versgemalen peper toe. Laat de saus een beetje indikken. Let op dat het geheel niet kookt, want dan schift de saus. Zet apart tot gebruik.

Rol de kipfilethaasjes in de plakjes pancetta. Verhit de olie in een koekenpan en bak de rolletjes in ca. 4 à 5 minuten rondom gaar en bruin. Kook in de tussentijd de pasta volgens gebruiksaanwijzing (verse pasta is in 4 minuten gaar). Houd een paar eetlepels pasta-kookvocht achter en giet dan de pasta af in een vergiet. Doe terug in de pan.

Verwarm de citroen-roomsaus en verdun de saus zonodig met het achtergehouden kookwater. Roer de walnoten, Parmezaanse kaas en peterselie toe en roer alles goed door elkaar. Voeg dan het geheel toe aan de gekookte pasta. Breng op smaak met het citroensap. Verdeel de pasta over 4 voorverwarmde pastaborden. Leg de kipfilethaasjes erop. Garneer met extra salieblaadjes. Lekker met een groene salade.