Verwarm de melk tot lauwwarm. Los de verse gist op in de helft van de melk. Roer het ei erdoor. Voeg de bloem toe. Kneed dit alles door met de mixer met deeghaken. Giet als het beslag glad is, de overige lauwwarme melk erbij. Roer het zout erdoor. En meng dit ca. enige minuten verder tot een glad beslag. (Het beslag moet in stukken van de lepel vallen). Meng dan voorzichtig de rozijnen, sucade en de appel erdoor.

Laat het beslag, afgedekt met een vochtige doek, ca. 1 uur rijzen op een warme plek (ca. 28 °C).

Spatel het gerezen beslag goed door en laat nog 3 minuten rustig staan.

Verhit de frituurpan met olie tot 180 °C. Schep met twee lepels of een ijsbolletjestang bollen van het beslag in de olie (ca. 5 stuks). Frituur de oliebollen ca. 6 minuten, keer halverwege, tot ze goudbruin zijn. Laat uitlekken in een zeef met keukenpapier. Bestrooi met poedersuiker.