Driekoningentaart; een Franse klassieker

Op 6 januari 2020 door Jolande Vos

Vandaag, 6 januari, is het driekoningen! Een dag waarop mijn vriendin Afra jarig is, en daarom vergeet ik nooit meer deze datum. Op zo’n verjaardagsdag eet je dus een verjaardagstaart: jawel de driekoningentaart. Helaas heb ik deze taart nooit bij haar mogen eten. En daarom maak ik hem voor haar, als verrassing!

Oorspronkelijk komt deze taart uit de Franse patisserie, en dan heet ie Galette des Rois. Het is een bladerdeegtaart gevuld met een amandelvulling (zogenaamde frangipane). Hij wordt dus gebakken op driekoningen. In de taart wordt één hele amandel (gedroogde boon of koffieboon) verstopt. Wie het stuk taart met de amandel treft, is de koning van de avond.

Het is eigenlijk een traditie die stamt uit de middeleeuwen. Toen bakten ze driekoningenbrood. Het zoete ronde brood werd meestal met een kroon versierd en ook hierin werd de gedroogde boon verstopt. Wie de boon kreeg, was de koning van de avond. Hij koos een koningin en er werden lootjes getrokken voor de andere 14 rollen van de ‘hofhouding’. In die tijd was dit een belangrijk gezelschapsspel, gangbaar in de rijkere huishoudens.

Inhoud toon

Maar wat is driekoningen eigenlijk voor een feestdag?

Oorspronkelijk wordt op deze christelijke feestdag de reis van de drie koningen, Caspar, Balthasar en Melchior, herdacht. Deze koningen (de drie wijzen) waren afkomstig uit het Oosten en zij volgden de ster die was gaan stralen aan de hemel direct na de geboorte van Christus. Deze ster wees hun de weg naar de stal waar Jesus in zijn kribbe lag, de nieuwe koning van het Joodse volk.

Welke wijn bij driekoningentaart?

Kies hier voor een Sherry Oloroso of een Italiaanse Vin Santo. Allebei niet al te zoet, maar wel met overeenkomstige notenaroma’s zoals je die ook in de taart aantreft.

8 personen

45 minuten

Ingrediënten

Frangipane (amandelvulling)
125 gram amandelmeel
115 gram fijne suiker
2 zakjes vanillesuiker
2 eieren
125 gram roomboter, op kamertemperatuur
1 theelepel citroenrasp (1/2 citroen)
40 gram zelfrijzend bakmeel, gezeefd

Verder nodig
1 rol bladerdeeg (uit koeling 40 x 25 cm)
1 losgeklopt ei
Poedersuiker
Extra: spuitzak, satéprikker, bakplaat met bakpapier

Stap 1

Haal het bladerdeeg uit de koeling. Maak eerst de amandelvulling. Doe in de keukenmachine: amandelmeel, suiker, eieren, boter en citroenrasp. Meng tot een romige crème. Overdoen in kom en spatel het gezeefde bakmeel erdoor. Breng de amandelvulling over in een spuitzak met brede ongetande spuitmond.

Stap 2

Verwarm de oven voor op 200 °C. Rol het bladerdeeg uit tot een rechte lap. Snijd uit de lap een cirkel van ɸ 20 cm, en een cirkel van 22-24 cm. Leg de kleine cirkel op de bakplaat met bakpapier. Spuit het amandelvulling op het bladerdeeg, maar houd ongeveer 2,5 cm van de rand vrij. Duw ergens de hele amandel (koffieboon of gedroogde boon) in het amandelbeslag. Bestrijk de deegrond met water. Leg de tweede cirkel over het amandelvulling en druk aan de randen goed op elkaar. Prik met een saté prikker een paar gaatjes in het deeg, zodat er stoom kan ontsnappen tijdens het bakken.

Stap 3

De taart wordt nog mooier dan op de foto als je de bovenlaag een patroon meegeeft. Kerf hiervoor met voorzichtig met de satéprikker een waaierpatroon in de bovenste deeglaag (niet doorsnijden tot aan de vulling!). Bestrijk de bovenkant met losgeklopt ei. Bak de taart in ca. 30 minuten gaar en knapperig. Laat afkoelen op een taartrooster. Bestrooi met poedersuiker.

Het kookboek

Uitgebreid basis kookboek voor het bakken van zelfgebakken taart, koekjes, cake of biscuit. Met praktische stap-voor-stap recepten uit het de hele wereld.